Het notenlezen lijkt soms een magische bezigheid. Hoe weet je nu toch welk bolletje welke noot voorstelt ?
Eigenlijk valt het allemaal erg mee wanneer je uitgaat van zgn. Steunpilaren en de andere noten ‘leest’ aan de hand van die steunpilaren. Want dan kijk je verder of een noot omhoog of omlaag gaat vanuit de noot die je kent.
Allereerst maak je kennis met de G– en de F sleutel.Bij de G-sleutel geeft de rode lijn de g-lijn aan en de noot die daar dwars door heen staat is de g-noot, Hieraan dankt de G-sleutel zijn naam.
De groene lijn geeft de f-lijn aan en de noot die daar dwars door heen staat is de f-noot. Hieraan dankt de F-sleutel zijn naam.
Wanneer je ze onder elkaar ziet, wat ook in ’t echt het geval is, dan kom je tot de ontdekking dat sommige noten, de f, g en c spiegelbeeldig gelijk zijn.
DE Centrale C ( bij het sleutelgat van de piano)
De Hoge – en de Lage C
De Hoge G en de Lage F
Leuk hoor, die steunpilaren, maar waar vind je ze op de piano, op die toetsen die je zo graag wilt bespelen??
Maar dan.. een muziekstukje bestaat nooit alleen uit de C,F en G.
De volgende stap is te kijken of de melodische lijn omhoog of omlaag gaat.
Irissenpad 27
3251 DA Stellendam
Nederland
Maak vandaag nog een afspraak
Stel me een vraag, boek een sessie, stuur me een mailtje, om door de bomen het bos weer te zien en ook jouw mogelijkheden (of die van je kind) te benutten. Ik help je graag!