Storm en faalangst

Het kan innerlijk zo stormen, wanneer je bang bent om te falen, waardoor je soms geen grip hebt op je emoties.

Net als buiten. Bij code rood, stormt het buiten. De tuinstoelen vliegen door de tuin en je hoort de pannen op het dak klepperen. Oh als dat maar goed gaat.

Bij dit weer kan er van alles door je hoofd gaan. Heerlijk weer voor een goed boek bij de open haard, maar ook angst doordat je denkt aan de watersnoodramp van ’53.

Bij een hoogbegaafd kind kan het ook innerlijk stormen. Die storm kan zelfs een orkaan worden.
Alle emoties gaan dan alle kanten op. Jouw kind heeft er dan maar weinig grip op.

Je emotie wordt dan bepaald door je herinneringen.

Zo was ik als kind ooit eens uit mijn bed gekomen en zag ik een gruwelijke film bij een zandstorm. Ik had het niet zelf meegemaakt, maar de emotie was wel heel diep gaan zitten. Zo diep, dat ik zelfs op volwassen leeftijd nog de angst voelde voor de wind door de gebeurtenissen die ik zag in die film.

Door de herinnering hieraan heb ik, of eigenlijk had ik, altijd een naar gevoel bij heftige wind. Tot wij, mijn man en ik, gingen verhuizen naar ons allereerste echte huis. Het was zo onwerkelijk.

Kerstavond sliepen wij er al om in dezelfde plaats kerst te vieren. Er was nog maar weinig behalve onze matrassen, de kleding die we aanhadden en nieuwe badmatten, van die hoogpolige.

’s Avonds na de Kerstviering lag ik in bed, denk in 1990, en ik voelde me zo blij van binnen. Buiten woei het hard en wij lagen op de grond te slapen in ons eigen huis. Wanneer het nu hard waait denk ik niet meer aan die vreselijke nacht, maar aan die eerste nacht in ons eigen huis.

Dezelfde gebeurtenis kan een ander gevoel,
een andere emotie opleveren.

Ook faalangst wordt bepaald door een herinnering of een gedachte aan wat er kan gebeuren als het niet goed gaat. Angst is een reactie op (mogelijk) gevaar.

Superhandig bij echt gevaar, dan kom je in actie, vluchten, vechten of bevriezen (fight, flight or freeze).

Door de adrenaline gaat er meer bloed naar je spieren en wordt je hartslag sneller. Je verbruikt meer zuurstof waardoor je ademhaling sneller gaat. Je kan minder goed nadenken, maar dat geeft niks want dat is niet nodig.

Je moet nu in actie komen, vluchten of vechten.

Wanneer je wilt vluchten of vechten, dan kan je minder goed nadenken.

Superhandig wanneer er echt gevaar is, maar behoorlijk onhandig wanneer er eigenlijk geen echt gevaar is, maar het een gedachte is die dit alles aanstuurt.

Het is mogelijk dat je kind zichzelf zo bang maakt, dat hij bezig is met het bedenken van alle mogelijke gebeurtenissen dat hij zichzelf beperkt en ergens niet aan begint of er niet naartoe gaat.

Is dat herkenbaar voor jou en wil je daar graag verandering in?

Zo fijn dat je om kan gaan met die innerlijke storm. Zelfs wanneer er allerlei emoties op je af komen, om dan toch tot actie over te kunnen gaan. De storm in te gaan, te overwinnen en te doen wat je wil doen.